top of page

'Hello darling', zeg ik vaak tegen de stad


Door Emile van de Velde

Hoe Rotterdams voel je je?

"In hart en nieren. Ik ben verknocht aan Rotterdam. Ik ben geboren in het Eudokia Ziekenhuis. Ik was pas nog op het Eudokiaplein en zei toen: 'Ik ben geboren in het ziekenhuis dat hier stond.' 'Zo, dat is al wel héél lang geleden zeg', was de reactie. Ha ha, en bedankt hè!"Licht zie ik als 'hoop', thuis heb ik een dagelijkse reminder

Ook in die buurt opgegroeid?

"Nee, in Bergschenhoek, bij mijn moeder. Mijn ouders waren gescheiden, mijn vader woonde in Hoogvliet. Ik ging naar het Marnix Gymnasium. En later bestuurskunde studeren op de Erasmus Universiteit. Toen ben ik in Kralingen gaan wonen, met nog een paar studenten. Na ons trouwen kwamen we eerst in Schiedam terecht. Later zijn we via Oud-Charlois in Pendrecht beland, en het is er hartstikke leuk. Mijn man is (fluistert...) Amsterdammer... Ik zeg altijd dat ik Zuid heb ontdekt dankzij een Amsterdammer. Want eigenlijk was ik toch vooral een meisje van Noord."

Wat maakt Rotterdam zo bijzonder?

"Als ik vroeger met de trein in het oude Centraal Station aankwam, voelde dat als thuiskomen. Nu heb ik dat gevoel als ik vanuit de auto de skyline zie opdoemen. Of als ik 's ochtends naar mijn werk ga. Als ik dan op de Erasmusbrug fiets, zeg ik vaak zachtjes tegen de stad: 'Hello darling...'"

"Rotterdammers zijn no-nonsense, direct. Als het nog nooit gedaan is, wil dat nog niet zeggen dat het niet kan. Geen woorden, maar daden, zeg maar. Al ben ik zelf ook erg van woorden ha ha."

Wat zijn je favoriete plekken in Rotterdam?

"Oei, dat is een moeilijke. Rotterdam heeft zó veel. Juist de afwisseling en de verborgen schatten, die ik blijf ontdekken, maken de stad zo mooi. Toen ik Oud-Charlois ontdekte, rondom die oude kerk, prachtig! Of bij de fietsingang van de Maastunnel op Zuid, waar je die stad zo mooi ziet. En de Kralingse Plas ligt me ook na aan het hart. Toen mijn man en ik elkaar ontmoet hadden, hebben we daar rondjes gelopen. Pratend hoe we dat samen gingen doen, met onze totaal verschillende achtergronden."

Wat wens je nog voor Rotterdam?

"Ik hou zelf heel erg van diversiteit. Wat dat betreft hebben we goud in handen. Het mooie vind ik dat hoeveel Rotterdammers onderling ook verschillen; ze zien zichzelf allemaal als Rotterdammer. Natuurlijk zijn er ook issues, en spanningen door de afstand die er soms tussen mensen bestaat. Maar als we in gesprek blijven, contact met elkaar houden, merken we vanzelf dat we vooral veel met elkaar gemeen hebben. Dat zie ik als het licht in onze stad. Licht zie ik als 'hoop'. Mijn man heet Ümit, dat betekent 'hoop' in het Farsi. Dus ik heb thuis een dagelijkse reminder."


Marianne Vorthoren wacht nog even tot de juiste opvolger zich aandient, maar dat ze zal vertrekken als directeur van SPIOR is al een tijdje zeker. Ze was zeven jaar directeur van de overkoepelende organisatie van 72 Rotterdamse moskeeën en andere moslimorganisaties. In totaal werkte ze er zelfs zeventien jaar. Nu vindt ze het tijd om het stokje door te geven. Vorthoren maakte veel mee in al die jaren; van grote aanslagen ('Ik kwam hier binnen een week voor 9/11') tot juist ook de verbondenheid onder Rotterdammers die ze rond dat soort dieptepunten ervoer. Ze blijft stellig in die verbondenheid vertrouwen, ziet dát juist als het licht in onze stad. En dus is ze een heel logische Rotterdammer van de Week.


Marianne Vorthoren is 40 en woont in Pendrecht met haar man Ümit. Ze heeft nog geen idee wat ze gaat doen na SPIOR. Ze is ook nog voorzitter van Veelkleurige Religies Rotterdam, en wil dat graag blijven. "We organiseren bezoeken aan alle gebedshuizen in Rotterdam."

コメント


bottom of page